Markermeer & IJmeer

Op deze pagina ziet u een lijst met alle habitattypen en/of Habitatrichtlijnsoorten en/of broedvogel- en niet-broedvogelsoorten waarvoor het Natura 2000-gebied is aangewezen. Voor al deze waarden is aangegeven wat de instandhoudingsdoelen in het gebied zijn. De doelen zijn geformuleerd in termen van “behoud” of “uitbreiding” van de omvang (populatiegrootte of oppervlakte habitattype of leefgebied van de soort) en “behoud” of “verbetering” van de kwaliteit (van het habitattype of het leefgebied van de soort). Verder is de relatieve bijdrage van het gebied aan het landelijk doel voor de betreffende waarde aangegeven en, indien van toepassing, de kernopgave met betrekking tot de waarde in het gebied.

Bij alle doelen staat de “status” aangegeven. In de meeste gevallen is dit “definitief”. Indien hier “ontwerp” staat, betekent dit dat het (wijzigings-)besluit waar dit doel in staat op dit moment ter inzage ligt of ter inzage heeft gelegen, maar daarna nog niet definitief vastgesteld is. Ook wordt aangegeven als een habitattype of soort verwijderd zal worden “definitief (in ontwerp verwijderd)” of als subtypen van habitattypen vervangen worden “ontwerp (vervanging doel subtype)”. In geval van “aanmelding” is het Habitatrichtlijngebied aangemeld voor de communautaire lijst, maar is er nog geen aanwijzingsbesluit opgesteld en zijn er nog geen doelen geformuleerd.

Habitattypen

Habitattype Habitatsubtype Status doel Oppervlakte Kwaliteit Relatieve bijdrage Kernopgave
H3140 - Kranswierwateren definitief = = A1 4.01,W
H3150 - Meren met krabbenscheer en fonteinkruiden definitief = = C 4.01,W

Habitatrichtlijnsoorten

Soort Status doel Populatie Omvang leefgebied Kwaliteit leefgebied Relatieve bijdrage Kernopgaven
H1149 - Kleine modderkruiper definitief = = =
H1163 - Beek/Rivierdonderpad definitief = = = 4.01,W; 4.03,W
H1318 - Meervleermuis definitief = = = B1

Broedvogels

Soort Status doel Aantal broedparen Omvang leefgebied Kwaliteit leefgebied Relatieve bijdrage Kernopgaven
A017 - Aalscholver definitief 8000* = = C
A193 - Visdief definitief 630 = = B1

Niet-broedvogels

Soort Status doel Populatie Populatie waarde Instandhoudingsdoelstelling Omvang leefgebied Kwaliteit leefgebied Relatieve bijdrage Kernopgaven
A005 - Fuut definitief 170 gemiddelde Foerageergebied = = C 4.02
A017 - Aalscholver definitief 2600 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B2
A034 - Lepelaar definitief 2 gemiddelde Foerageergebied = = C
A043 - Grauwe gans definitief 510 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.02
A045 - Brandgans definitief 160 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.02
A050 - Smient definitief 15600 gemiddelde Slaap- en rustplaats = = B1
A051 - Krakeend definitief 90 gemiddelde Foerageergebied = = C
A056 - Slobeend definitief 20 gemiddelde Foerageergebied = = C 4.02
A058 - Krooneend definitief behoud n.v.t. Foerageergebied = =
A059 - Tafeleend definitief 3200 gemiddelde Foerageergebied = = A1 4.01,W
A061 - Kuifeend definitief 18800 gemiddelde Foerageergebied = = A1 4.01,W; 4.02
A062 - Toppereend definitief 70 gemiddelde Foerageergebied = = C
A067 - Brilduiker definitief 170 gemiddelde Foerageergebied = = B1
A068 - Nonnetje definitief 80 gemiddelde Foerageergebied = = B2 4.01,W
A070 - Grote zaagbek definitief 40 gemiddelde Foerageergebied = = B1
A125 - Meerkoet definitief 4500 gemiddelde Foerageergebied = = B1
A177 - Dwergmeeuw definitief behoud n.v.t. Foerageergebied = =
A197 - Zwarte stern definitief behoud n.v.t. Slaap- en rustplaats en foerageergebied = =
habitattypen-habitattype

Code en naam van het habitattype. Een * staat voor een prioritair habitattype.

habitattypen-habitatsubtype

Naam van het subtype van het habitattype (indien van toepassing)

habitattypen-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit, ontwerp-aanwijzingsbesluit of alleen aangemeld bij de Europese Commissie

habitattypen-oppervlakte

Instandhoudingsdoel voor oppervlakte habitattype in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde;
  • > (<) uitbreiding oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van andere in besluit met name genoemde waarde;
habitattypen-kwaliteit

Instandhoudingsdoel voor kwaliteit van het habitattype in het gebied:

  • = behoud kwaliteit;
  • > verbetering kwaliteit
habitattypen-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar oppervlakte van het habitattype: oppervlakte in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke oppervlakte:

  • A4: >75%;
  • A3: 50-75%;
  • A2: 30-50%;
  • A1: 15-30%;
  • B2: 6-15%;
  • B1: 2-6%;
  • C: <2%
habitattypen-kernopgave

Zie de: kernopgaven

habitatsoorten-soort

Code en naam van de soort. Een * staat voor een prioritaire soort.

habitatsoorten-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit, ontwerp-aanwijzingsbesluit of alleen aangemeld bij de Europese Commissie

habitatsoorten-populatie

Instandhoudingsdoelstelling voor de populatie in het gebied:

  • = Behoud populatie;
  • > Uitbreiding populatie;
  • + Vestiging populatie
habitatsoorten-omvang-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor omvang leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • + ontwikkeling nieuw leefgebied;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde
habitatsoorten-kwaliteit-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor kwaliteit leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud kwaliteit leefgebied;
  • > verbetering kwaliteit leefgebied;
  • + ontwikkeling nieuw leefgebied
habitatsoorten-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar omvang populatie van de soort: populatie in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke populatie:

  • A4: >75%;
  • A3: 50-75%;
  • A2: 30-50%;
  • A1: 15-30%;
  • B2: 6-15%;
  • B1: 2-6%;
  • C: <2%
habitatsoorten-kernopgaven

Zie de: kernopgaven

broedvogels-soort

Code en naam van de vogelsoort waarvoor een broedgebied is aangewezen

broedvogels-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit of ontwerp-aanwijzingsbesluit

broedvogels-aantal-broedparen

Instandhoudingsdoelstelling voor populatie in het gebied: langjarige gemiddelde van het aantal broedparen.
Een sterretje bij het aantal duidt op een regionaal doel: dit doel geldt voor meerdere gebieden. Zie het aanwijzingsbesluit voor meer toelichting.

broedvogels-omvang-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor omvang leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde
broedvogels-kwaliteit-leefgebied

'Instandhoudingsdoel voor kwaliteit leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud kwaliteit leefgebied;
  • > verbetering kwaliteit leefgebied
broedvogels-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar omvang populatie van de soort: populatie in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke populatie:

A4: >75%;
A3: 50-75%;
A2: 30-50%;
A1: 15-30%;
B2: 6-15%;
B1: 2-6%;
C: <2%

broedvogels-kernopgaven

Zie de: kernopgaven

niet-broedvogels-soort

Code en naam van de vogelsoort waarvoor een overwinterings- of doortrekgebied is aangewezen

niet-broedvogels-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit of ontwerp-aanwijzingsbesluit

niet-broedvogels-populatie

Instandhoudingsdoelstelling voor populatie in het gebied: langjarige gemiddelde van het aantal overwinterende of doortrekkende individuen

niet-broedvogels-populatie-waarde

Het aantal voor de instandhoudingsdoelstelling in de vorige kolom betreft het gemiddelde seizoensmaximum (gemiddelde van de maximale aantallen die in een periode van meerdere jaren zijn geteld, meestal in januari) of het gemiddelde seizoensgemiddelde (per jaar wordt een gemiddelde berekend over de gehele verblijfsperiode, dát wordt vervolgens gemiddeld over meerdere jaren)

niet-broedvogels-instandhoudingsdoelstelling

Toelichting van de belangrijkste functie van het gebied voor de soort: slaapplaats, rustgebied en/of foerageergebied

niet-broedvogels-omvang-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor omvang leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde
niet-broedvogels-kwaliteit-leefgebied

'Instandhoudingsdoel voor kwaliteit leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud kwaliteit leefgebied;
  • > verbetering kwaliteit leefgebied
niet-broedvogels-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar omvang populatie van de soort: populatie in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke populatie:

  • A4: >75%;
  • A3: 50-75%;
  • A2: 30-50%;
  • A1: 15-30%;
  • B2: 6-15%;
  • B1: 2-6%;
  • C: <2%
niet-broedvogels-kernopgaven

Zie de: kernopgaven

Terug naar boven
habitattypen-habitattype

Code en naam van het habitattype. Een * staat voor een prioritair habitattype.

habitattypen-habitatsubtype

Naam van het subtype van het habitattype (indien van toepassing)

habitattypen-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit, ontwerp-aanwijzingsbesluit of alleen aangemeld bij de Europese Commissie

habitattypen-oppervlakte

Instandhoudingsdoel voor oppervlakte habitattype in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde;
  • > (<) uitbreiding oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van andere in besluit met name genoemde waarde;
habitattypen-kwaliteit

Instandhoudingsdoel voor kwaliteit van het habitattype in het gebied:

  • = behoud kwaliteit;
  • > verbetering kwaliteit
habitattypen-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar oppervlakte van het habitattype: oppervlakte in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke oppervlakte:

  • A4: >75%;
  • A3: 50-75%;
  • A2: 30-50%;
  • A1: 15-30%;
  • B2: 6-15%;
  • B1: 2-6%;
  • C: <2%
habitattypen-kernopgave

Zie de: kernopgaven

habitatsoorten-soort

Code en naam van de soort. Een * staat voor een prioritaire soort.

habitatsoorten-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit, ontwerp-aanwijzingsbesluit of alleen aangemeld bij de Europese Commissie

habitatsoorten-populatie

Instandhoudingsdoelstelling voor de populatie in het gebied:

  • = Behoud populatie;
  • > Uitbreiding populatie;
  • + Vestiging populatie
habitatsoorten-omvang-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor omvang leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • + ontwikkeling nieuw leefgebied;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde
habitatsoorten-kwaliteit-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor kwaliteit leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud kwaliteit leefgebied;
  • > verbetering kwaliteit leefgebied;
  • + ontwikkeling nieuw leefgebied
habitatsoorten-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar omvang populatie van de soort: populatie in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke populatie:

  • A4: >75%;
  • A3: 50-75%;
  • A2: 30-50%;
  • A1: 15-30%;
  • B2: 6-15%;
  • B1: 2-6%;
  • C: <2%
habitatsoorten-kernopgaven

Zie de: kernopgaven

broedvogels-soort

Code en naam van de vogelsoort waarvoor een broedgebied is aangewezen

broedvogels-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit of ontwerp-aanwijzingsbesluit

broedvogels-aantal-broedparen

Instandhoudingsdoelstelling voor populatie in het gebied: langjarige gemiddelde van het aantal broedparen.
Een sterretje bij het aantal duidt op een regionaal doel: dit doel geldt voor meerdere gebieden. Zie het aanwijzingsbesluit voor meer toelichting.

broedvogels-omvang-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor omvang leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde
broedvogels-kwaliteit-leefgebied

'Instandhoudingsdoel voor kwaliteit leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud kwaliteit leefgebied;
  • > verbetering kwaliteit leefgebied
broedvogels-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar omvang populatie van de soort: populatie in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke populatie:

A4: >75%;
A3: 50-75%;
A2: 30-50%;
A1: 15-30%;
B2: 6-15%;
B1: 2-6%;
C: <2%

broedvogels-kernopgaven

Zie de: kernopgaven

niet-broedvogels-soort

Code en naam van de vogelsoort waarvoor een overwinterings- of doortrekgebied is aangewezen

niet-broedvogels-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit of ontwerp-aanwijzingsbesluit

niet-broedvogels-populatie

Instandhoudingsdoelstelling voor populatie in het gebied: langjarige gemiddelde van het aantal overwinterende of doortrekkende individuen

niet-broedvogels-populatie-waarde

Het aantal voor de instandhoudingsdoelstelling in de vorige kolom betreft het gemiddelde seizoensmaximum (gemiddelde van de maximale aantallen die in een periode van meerdere jaren zijn geteld, meestal in januari) of het gemiddelde seizoensgemiddelde (per jaar wordt een gemiddelde berekend over de gehele verblijfsperiode, dát wordt vervolgens gemiddeld over meerdere jaren)

niet-broedvogels-instandhoudingsdoelstelling

Toelichting van de belangrijkste functie van het gebied voor de soort: slaapplaats, rustgebied en/of foerageergebied

niet-broedvogels-omvang-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor omvang leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde
niet-broedvogels-kwaliteit-leefgebied

'Instandhoudingsdoel voor kwaliteit leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud kwaliteit leefgebied;
  • > verbetering kwaliteit leefgebied
niet-broedvogels-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar omvang populatie van de soort: populatie in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke populatie:

  • A4: >75%;
  • A3: 50-75%;
  • A2: 30-50%;
  • A1: 15-30%;
  • B2: 6-15%;
  • B1: 2-6%;
  • C: <2%
niet-broedvogels-kernopgaven

Zie de: kernopgaven